Ah, hallo je weet natuurlijk niet wie ik ben.
Ik heet Knoem en ben een raar wezentje. Ik woon in het donkere woud.
Waar dat is vraag je? Nou zeven zeeën ver, als je aan land bent, moet je naar links, bij de derde boom rechts, onder de dikke eik doorlopen, bezeer je niet aan de wortels hoor, dan in de verte zie je het donkere woud.
"Wij zijn een gemoedelijk volkje, houden veel van zingen en grappen maken."
Knoem krabbelt onder het praten steeds op zijn kalende hoofd, wat veel te groot lijkt bij de rest van zijn lichaam.
Zijn grote gezicht is voorzien van vele diepe groeven, die dieper worden naarmate
hij lacht, waarbij zijn mond van oor tot oor open gaat en zijn gave gebit laat zien.
Aan zijn grote neus hangt een druppel, die hij vlug aan zijn mouw veegt.
"Kom wil je met me mee naar het donkere woud? Geef me een hand dan zijn we er zo."
Knoem loopt verassend snel op zijn kromme korte beentjes.
"Kom ik laat je alles zien, je beleeft veel spannende avonturen, samen met alle rare wezentjes van het donkere woud."
|
| |
 |
|
|
