Lente liedje
Alles blij maakt de mei
en het hart zo fris en vrij
groot en klein roept hoe fijn
is de zonneschijn.
Ieder is verheugd en blij
met de bloemen in de wei
alles lacht, wat een pracht
heeft de mei gebracht.
't Zonnetje schijnt zo heerlijk schoon
't Zonnetje schijnt zo heerlijk schoon.
't Vogeltje zingt op held'ren toon.
' Windje suist zo zacht, ja het zingt met ons mee.
In de weiden dartelt het jolige vee.
Lustig klinkt mijn lied, wie zingt met mij mee?
Zomer liedje
Kom mee naar buiten allemaal
dan zoeken wij de wielewaal
en horen wij die muzikant
dan is zomer weer in 't land.
Dudeldjo klinkt zijn lied
dudeldjo klinkt zijn lied
dudeldjo en anders niet!
Zand op je boterham
Lekker rennen in je blootje
schelpen zoeken op het strand
varen in een rubber bootje
zonnen in een warm land
en overal zit zand!
Zand op je boterham, zand in je haar
bah, wat voelt dat naar
zand in je oren
van achteren en van voren
zand, zand, zand!
Blaadjes
Blaadjes geel, blaadjes bruin,
vallen bij ons in de tuin.
Kjk maar goed in 't rond,
zie je al iets op de grond
Paddestoelen groot en klein,
't zal nu toch echt herfst zijn.
Blaadjes geel, blaadjes bruin,
vallen bij ons in de tuin.
Zie je de kastanjes
Zie je de kastanjes aan de bomen
zie je alle eikels op het mos?
Nu is het herfst, de blaad'ren vallen
nu is het herfst in ieder bos!
|
Herfst liedje
Herfst, herfst, wat heb je te koop?
Honderduizend bladeren op een hoop
zakken vol met wind, ja m'n kind
'k weet niet of jij dat aardig vindt.
Herfst, herfst, wat heb je te koop?
Honderd paddestoelen op een hoop
'k zet ze voor je neer, heus meneer
dat doe ik alle jaren weer.
Herfst, herfst, wat heb je te koop?
Dikke grijze wolken op een hoop
alles in de stad, gooi ik nat
koop je van mij zo'n regenbad?
Het regent, de pannen worden nat
Het regent, het zegent, de pannen worden nat
Daar kwamen twee boerinnetjes aan
die vielen op hun gat.
Het regent, het zegent, de pannen worden nat
Daar kwamen twee soldaatjes aan
die vielen op hun gat.
Het regent, het zegent, de pannen worden nat
Daar kwamen twee matroosjes aan
die vielen op hun gat.
Winter liedje
Dwarrel, dwarrel, wat is er aan de hand?
Dikke vlokken in de lucht, sneeuw in het land!
Dan pakken we de slee, hup één twee
en glijden van de heuvel, naar benee.
Dwarrel, dwarrel, wat is er aan de hand?
Dikke vlokken in de lucht, sneeuw in het land!
Dan maken we een pop, één twee hop
met een dikke buik en een hoofd erop.
Dwarrel, dwarrel, wat is er aan de hand?
Dikke vlokken in de lucht, sneeuw in het land!
Sneeuwvlok, wit en klein
Sneeuwvlok, wit en klein
wil jij 'n stukje sneeuwpop zijn?
Roep je vriendjes vlug bijeen
dan begin ik nu meteen.
Schaatsenrijden, wie doet mee
Schaatsenrijden, wie doet mee
Schaatsenrijden, ene twee
Links en rechts en in de maat
Kijk nou toch eens hoe fijn dat gaat
kris kras, krisser de kras
'k Wou dat 't altijd winter was
Kris kras, krisser de kras
'k Wou dat het altijd winter was
Tekst en melodie: M. Stam- van der Staay
|