Heb jij een leuk idee ?
Stuur een email naar de Flevokids


Thuis
Bouwplaten
Games
Goochelen
Kaartje sturen
Kalender/thema
Kinderfilms
Kleurplaten
Knutselen
Liedjes
Plaatjes
Puzzelen
Recepten
Schminken
Strijkkralen
Traktaties
Verhalen
Wallpaper
Linken
Olympische spelen


Verhalen
308 verhalen voor
peuters, kleuters en kinderen
Carnaval
Pasen, Hemelvaart
   en Pinksteren

Paasverhaal
Moederdag
Werelddierendag
Halloween
Sint Maarten
Sinterklaas
Sint gedichten
Kerstverhaal

© Global Books Foundation
Entito Oontoye en Kinderen
in het bos

ABC Spreekwoorden
Franciscus van Assisi
Kinderboekenweek verhaal
Poësie Album
Sprookjes
Werkstuk Flevoland
Knoem, een spannend verhaal
in 20 delen

© Illustraties PuntZes
De Storm
Leila en de nachtvlinders

© the Tale Machine
2 Avonturen van de jongen met de grote handen
2 Avonturen van Heksje
3 Avonturen van Hippo de hippo
3 Avonturen van Kabouter Ragebol
3 Avonturen van Piet Ei
4 Avonturen van Daan Draakje
4 Avonturen van Dirk Damhert
4 Avonturen van Hans Haasje
4 Avonturen van Kersenpitje
4 Avonturen van Pegasus
4 Avonturen van Sterre
4 Avonturen van Wimpie de wandelende boom
5 Avonturen van Bootje
5 Avonturen van Schildpad
5 Avonturen van Kleine Ugh
6 Avonturen van Chiel
6 Avonturen van Heintje Dolfijntje
6 Avonturen van Olifantje Koekeloekie

6 Avonturen van Olifantje Koekeloekie
7 Avonturen van Egel en Konijn
7 Avonturen van Flappie Vleermuis
7 Avonturen van de kleine Zeehond
7 Avonturen van Pino Dinosaurus
7 Avonturen van Stekeltje
7 Avonturen van Uiltje
8 Avonturen van Katertje Karel >
8 Avonturen van Vosje
9 Avonturen van Parel
10 Avonturen van Het kleine varken
11 Avonturen van Apie
13 Avonturen van Klaas Kikker
12 Avonturen van Boutje en Moertje
14 Avonturen van Kleine ijsbeer
16 Avonturen van Teddybeer
20 Avonturen van de Tovenaarsleerling
33 Avonturen van Rookie de kangoeroe
Blub de vis
De Kerstboom
Krokodil onder het bed
De Langpootmug
De Limonadefontein
meneer Mol
meneer Ooievaar
Oudjaar
De Pinguïn die kon vliegen
Piet en de wasmachine
De Schelp
De Tovermuts
Kikker Gijs (tovermuts)
Sint en het muizenschoentje
De baard van Sint
Snerk de snurf
de Vlinder
Zeepaardje


Doornroosje
Roodkapje
Gebroeders Grimm

sprookjes 
puntenpuzzel
kleurplaten
knutselen
liedje
game
Er was eens een heel lief klein meisje.
Iedereen die haar zag moest wel van haar houden,
vooral haar grootmoeder,
die maar niet kon bedenken wat ze het kind
allemaal zou geven.

Op een keer gaf ze haar een kapje van rood fluweel en omdat het haar zo lief stond en ze nooit meer iets anders wilde dragen, werd ze voortaan alleen maar Roodkapje genoemd.

Op een dag zei haar moeder: "Kijk eens, Roodkapje, daar heb je een stuk taart en een fles wijn, breng dat maar naar grootmoeder. Ze is ziek en sukkelt en het zal haar goed doen. Ga naar haar toe voor het te warm wordt en blijf op de grote weg, anders val je en dan breekt de fles en heeft onze arme oma er niets aan. En als je bij haar kamer komt, vergeet dan niet haar goedemorgen te wensen."

"Ik zal aan alles denken, moeder," zei Roodkapje en gaf er haar de hand op. Maar grootmoeder woonde in het bos, wel een half uur buiten het dorp. Toen Roodkapje in het bos kwam, kwam ze de wolf tegen. Roodkapje wist niet dat het een boosaardig beest was en was helemaal niet bang voor hem.

"Dag, Roodkapje," zei hij.
"Dag, Wolf," zei Roodkapje.
"Waar moet je al zo vroeg naar toe, Roodkapje?"
"Naar grootmoeder."
"Wat heb je onder je schort?"
"Een stuk taart en een fles wijn, we hebben gisteren thuis gebakken - grootmoeder is oud en sukkelt en moeder dacht, dat het haar goed zou doen."
"Waar woont je grootmoeder, Roodkapje?"
"Nog een goed kwartier verder het bos in. Haar huisje staat onder die drie grote eiken, bij die heg van hazelaars, dan zul je wel weten waar het is," zei Roodkapje.

De wolf dacht bij zichzelf: "Dat jonge zacht meisje zou een mals boutje voor me zijn en me beter smaken dan die oude vrouw; als ik het slim aanleg, krijg ik ze allebei wel."
Hij bleef daarom een poosje naast haar meelopen, en zei toen: "Heb je die mooie bloemen gezien, Roodkapje, die hier overal staan? Waarop kijk je niet om je heen? Ik geloof dat je niet een hoort hoe mooi die vogeltjes zingen? Je loopt zo stijf alsof je naar school gaat en het is toch prettig hier in het bos."

Roodkapje keek eens om zich heen en toen zij de zonnestralen door de takken van de bomen zag dansen en overal mooie bloemen zag staan, dacht ze: Als ik voor grootmoeder een mooi boeket meeneem, zal ze dat vast fijn vinden. Het is nog vroeg en ik kom wel op tijd. Ze liep dus van het pad af het bos in en ging bloemetjes plukken. Toen ze er een paar geplukt had, meende ze dat verderop nog mooiere stonden en liep erheen en kwam aldoor dieper in het bos.

Maar de wolf liep regelrecht naar het huis van grootmoeder en klopte aan de deur.
"Wie is daar?"
"Roodkapje, grootmoeder, ik kom u een stuk taart en een fles wijn brengen." Doe maar gauw open. "Doe de deur maar open! "
"Druk maar op de klink kind," riep grootmoeder, "ik ben te zwak om op te staan."
De wolf drukte op de klink en liep zonder een woord te spreken naar grootmoeders bed en at haar op. Daarna trok hij haar kleren aan, zette haar mutsje op, ging in haar bed liggen en trok de gordijnen dicht.

Roodkapje had nog veel meer bloemetjes geplukt en toen ze er zoveel bij elkaar had, dat ze ze haast niet meer dargen kon, dacht ze er ineens weer aan, dat ze naar grootmoeder moest en ging op weg.
Het verwonderde haar dat de deur openstond en toen ze de kamer binnenkwam, leek alles haar zo vreemd en dacht ze: Waarom ben ik eigenlijk zo bang vandaag, anders ben ik toch zo graag bij grootmoeder.
Ze riep:"Goedemorgen, grootmoeder," maar kreeg geen antwoord en liep daarom naar het bed en schoof de gordijnen open. Daar lag grootmoeder en haar mutsje over het gezicht getrokken en zag er erg raar uit.

"Wat heb je grote oren, grootmoeder"
"Die heb ik om je beter te kunnen horen."
"Wat heb je toch grote ogen, grootmoeder"
"Die heb ik om je beter te kunnen zien."
"Wat heb je grote handen, grootmoeder"
"Die heb ik om je beter te kunnen pakken."
"Maar grootmoeder, wat heb je een verschrikkelijk grote mond"
"Die heb ik om je beter op te kunnen eten."
En nauwelijks had de wolf dat gezegd of met een sprong was hij uit het bed en at het arme roodkapje helemaal op. Toen de wolf zijn zin gekregen had ging hij weer in bed liggen, viel in slaap en begon hard te snurken.

Juist kwam de jager voorbij en dacht bij zichzelf: Wat snurkt die oude vrouw, ik moet toch een gaan kijken of haar iets scheelt. Hij liep de kamer binnen en zag de wolf in bed liggen.
"zo, ben jij hier, oude schurk," zei hij. "Ik heb al lang naar je gezocht." Hij wilde juist zijn geweer gaan richtten, en bedacht zich plotseling dat de wolf grootmoeder wel eens kon hebben opgegeten, maar, meende hij daarna, misschien kan ik haar toch nog redden.
Hij schoot daarom niet, maar nam een schaar begon de slapende wolf z'n buik open te knippen. Na een paar knippen kwam het rode kapje te voorschijn.
Nog een paar knippen en het meisje sprong eruit en riep:
"Oh, wat ben ik geschrokken, wat was het donker in de buik van de wolf."
Een poosje daarna kwam de oude grootmoeder er ook nog levend uit, maar ze kon nauwelijks meer ademhalen. Roodkapje haalde nu gauw een paar grote stenen vulde daarmee de buik van de wolf. Toen hij wakker werd, wilde hij weglopen, maar de stenen waren zó zwaar dat hij onmiddellijk viel en dood ging.

Toen waren ze alle drie heel blij. De jager nam de pels van de wolf en ging weg. Grootmoeder at het stuk taart en dronk van de wijn, die Roodkapje voor haar had meegebracht, en kwam weer helemaal bij, maar Roodkapje dacht:
"Ik ga nooit meer de weg af en het bos in, als moeder me dat verboden heeft."

Bron:
Sprookjes van Grimm 2
1956 Het Spectrum
Illustraties:
Margaret Winifred Tarrant
(1888-1959)

Gebr. Grimm


© Flevokids