|
|
Verhalen
308
verhalen voor peuters, kleuters en kinderen
|
Stil spoelde Schelp aan op het strand. Lang had hij in de diepe stille zee geleefd, als huis voor een lieve heremietkreeft die vrolijk rondscharrelde over de zeebodem. Maar heremietkreeft was weg, vaag herinnerde Schelp zich iets over een net en hoe heremietkreeft een grote sprong had gemaakt en hem verlaten. Zelf was hij teruggegooid in zee, leeg. |
|
|
Het werd eb, en het werd vloed. Gewillig en rustig spoelde Schelp dan eens terug in zee, dan weer op het strand, steeds verder op het strand.
Hé daar kwam een Zeemeeuw. De Zeemeeuw nam hem in zijn bek en keek of er nog iets in Schelp zat. Maar Schelp was leeg, dus Zeemeeuw legde hem terug in het zand. Om hem heen lagen roggeneieren en haaieneieren, wier, wrakhout… |
Een grote voet stapte rakelings langs Schelp en zag hem niet. Een hond schopte hem verder op het strand. Hij lag daar en lag daar. |
|
|
Daar kwam een kind. En dit kind zag Schelp, hij keek altijd naar de wonderen uit zee. Voorzichtig pakte een klein handje hem op, en aaide over zijn wendingen. Zorgvuldig werd hij in een zak gestopt terwijl het kind een hart legde van alle sepia die het vond, van de mooie zeekat die ook niet meer was. |
Schelp zag niet veel in de zak, maar begreep dat hij reisde tot hij uit de zak werd gehaald.
Voorzichtig werd hij op een mooi plankje gelegd dat hem warm verwelkomde. Daar lagen meer broertjes en zusjes van Schelp, dat was erg leuk. Ze vertelden hem dat het kind hen elke dag bekeek en aaide, en hun Schoonheid noemde. Hij had nu dus een nieuwe functie en was erg belangrijk!
Het kind scheen niet zonder hen te kunnen. |
|
|
Tevreden straalde Schelp zo wit, zo helder wit als hij kon in zon- en maanlicht voor het kind dat niet zonder hem kon. Leeg zijn was niet erg, hij was nu Schoonheid in plaats van een huis.
En zo kwam alles toch weer goed.
Hier eindigt dit sprookje.
Tijd om buiten te spelen. |
© the Tale Machine
boven
|
© Flevokids
|